Welp in wolfskleren

Tekst en fotografie: Wim te Riet

Kent u ‘In the Summertime’ van Mungo Jerry? In dat liedje is heel even het hese gegorgel van een TR6 te horen, en dan gaat de volumeknop bij mij altijd een flinke slag naar rechts. Het geluid vind ik dan ook het grootste pluspunt van de TR6. Ik ben namelijk nooit een grote fan geweest van de Karmann make-over van de stijlvolle TR5. Voor mij is het dus wel prettig dat de fijne zes-in-lijn ook in andere auto’s gebruikt werd. Een van die auto’s werd gebouwd door Marcos, maar mijn favoriet komt uit Blackpool en heet ‘TVR 2500M’.

Schaars geklede dames
Onder leiding van Martin Lilley werd in 1971 een opvolger voor de TVR Vixen en Tuscan gepresenteerd. De auto maakte gebruik van een nieuw ontwikkeld buizenchassis, dat op de Earls Court Show door twee bijzonder schaars geklede dames onder de aandacht gebracht werd. Dit buizenframe was -in tegenstelling tot het vorige- te gebruiken voor verscheidene motoren en transmissies. Bovendien kon het in serie geproduceerd worden omdat alle maten gestandaardiseerd waren. Bij het oude frame werd elke buis afzonderlijk gemeten en gezaagd! Het nieuwe zogenaamde M-chassis werd voorzien van het differentieel, de voorste fusees en remmen van de TR6, een stuurkolom van British Leyland gekoppeld aan een stuurhuis van Triumph, en in eigen beheer gemaakte stalen draagarmen en differentieelsteunen. Het hart vormde de voor de Amerikaanse markt in verband met emissie-eisen gecastreerde TR6 motor met 4-bak.


Reservewiel als kreukelzone
In tegenstelling tot schaars geklede jonge dames is een naakt autochassis voor de meesten niet zo spannend om naar te kijken, dus werd het voorzien van een passend kostuum. Omdat de 2500M voor de Amerikaanse markt bestemd was, leek de snit niet geheel toevallig op die van de verbrede Tuscan V8, met langere afgeronde lijnen aan de voor- en achterzijde en 28 cm meer plek voor de vooras. Die ruimte werd gevuld met het reservewiel, dat tot die tijd achter de voorstoelen lag. Zo ontstond een enigszins bruikbare bagageruimte die alleen tussen de stoelen door te bereiken is. Als bonus ving het reservewiel bij een frontale botsing een groot deel van de klap op.

Is dit alles?
Regelmatig bekijk ik op internet de bij The Gallery in Brummen te koop aangeboden klassiekers. En daar stond ‘ie dan, de TVR 2500M. Vers toegevoegd met een (helaas) fictieve verkoopprijs van € 1,-. Een afspraak met Nico Aaldering was vlot gemaakt en op zaterdagmorgen klokslag 9.00 uur stond ik op de mat van het stijlvolle pand in Brummen. De TVR werd voor ons (ik had m’n zoon meegenomen) naar buiten gereden. Na een korte uitleg (‘de achteruit zit rechtsachter, wat op de pookknop staat klopt niet’) konden we instappen en wegrijden. Sleuteltje onderaan de stuurkolom omdraaien om te starten… En dan… Is dit alles? Niet dat het niet lekker klinkt hoor, integendeel. Maar hij is een stuk stiller dan ik verwacht (en gehoopt) had! Dat het een ‘tight fit’ zou zijn had ik via het sterk TVR-georiënteerde britse PistonHeads forum al vernomen. Geeft niks. Dit is samen met de Jaguar E-type een auto waar je je graag inwurmt om vervolgens absoluut onergonomisch alle handelingen te verrichten die autorijden zo geweldig maken.

Rijden dus! Mijn hersenen gaven mijn linkerbeen opdracht om de koppeling in te trappen. Allemachtig, dat gaat zwaar! Maar kom op, ik beschouw mezelf niet als mietje dus trek de versnellingspook in ’t volgende verzet. De motor en versnellingsbak liggen achter de vooras en dus praktisch naast je in de auto. Daardoor rijst de pook te ver naar achteren uit de middentunnel, maar omdat ‘ie direct op de bak gemonteerd is, is de bediening ervan direct en exact. Een ander gevolg van deze bijna-middenmotor-opstelling is dat de pedalen verzet naar links geplaatst zijn en de stuurkolom scheef het interieur inprijkt. Even sta ik met mijn maat 45 op koppeling en rem tegelijk. Dat overkomt je maar één keer. De ietwat vreemde opstelling van de bedieningselementen went namelijk erg snel en het warmrijden en uitkijken naar een geschikte fotolocatie worden een aangenaam tijdverdrijf.


Jericho!
Eindelijk is het gietijzeren blok op bedrijfstemperatuur. Het luid-pedaal mag wat dieper ingetrapt worden. En dan, vanaf 4000 toeren per minuut, gebeurt het! Fietsers en voetgangers draaien hun hoofd om en koeien houden spontaan op met herkauwen want de uitlaten produceren een geluid als kleine trompetjes van Jericho! Niet dat het landschap ineens voorbij suist hoor, want een afgetrainde topatleet is de 1016 kilo wegende 2500M niet. Van nul tot honderd heeft ‘ie volgens de boeken 9.3 seconden nodig. Maar bij zulke academische waarden haal ik m’n schouders op. Net als de topsnelheid van 175 kilometer per uur zijn zulke getalletjes onbelangrijk bij zo’n auto. ‘Handling’ is het toverwoord: Naarmate het vertrouwen toeneemt en in bochten het gaspedaal verder naar beneden geduwd wordt, groeit de grijns op onze gezichten. Maar gelijktijdig ook het besef dat het onderstel veel meer aankan dan de zes-in-lijn op de achteras kan loslaten. Toch verliezen de achterbanden heel even grip als er bij een T-splitsing wat zand op de weg ligt. De 2500M schudt kort met de kont waardoor je er op geattendeerd wordt dat de achteras vrij kort achter de leuning van de stoel ligt. Rij je beheerst, zul je echter niet snel in de problemen komen. Afgezien van de kuitspierverscheurende koppeling is dit een prettig rijdbare gooi-en-smijt auto.

Local warming
Het Webasto vouwdak maakt de rij-ervaring ook beter. En de koeling van het interieur heeft er baat bij. Want hoewel we blijkbaar allemaal last van ‘global warming’ hebben, maakt de local warming in de TVR veel meer indruk op me! De zon doet vandaag namelijk flink z’n best om samen met motor en uitlaat de inzittenden van de TVR hetzelfde lot te doen ondergaan als kreeften in een duur restaurant. Nou, dat gaat mooi niet door! Dakje open (lukt het best met twee handen, dus niet tijdens het rijden) en de raampjes iets naar beneden en het is weer prima vertoeven in de met glasvezel versterkte kunststof body. Wat me overigens opviel is het gebrek aan lijmlucht. Men had me gezegd dat er een vrij sterke lijmlucht in de TVR zou hangen. Heb ik niet geroken. Misschien moest het lijmreservoir bijgevuld worden? Ik heb ’t maar niet aan Nico Aaldering verteld…


Recept voor een fraaie carrosserie
Neem de glasvezelmatten en leg deze in de mallen. Doordrenk ze met kunsthars. Let op: gebruik aparte mallen voor onder- en bovenzijde, deze worden later samengevoegd. Laat het geheel goed uitharden zodat de ruwe randjes verwijderd kunnen worden. Laat de motorkap nog even met rust om beschadigingen te voorkomen. Monteer de carrosserie op een hulpframe. Monteer de deuren. Verhit de oven goed voor op 108°C en bak de carrosserie twee à drie maal samen met de motorkap. Op deze manier hardt de hars compleet uit en verdwijnen eventuele luchtbelletjes. Haal de carrosserie uit de oven (pas op: heet!) en laat deze afkoelen. Breng nu de etsprimer en zes lagen gewone primer aan. De carrosserie kan nu versierd worden met drie lagen celluloselak en gemonteerd worden op het passende rollende chassis.


Technische gegevens
Motor:
Triumph TR6 ‘federal spec’
Inhoud: 2,498 cc
Compressieverhouding: 8,5:1
Carburatie: twee Zenith/Stromberg
Vermogen: 106 pk bij 4900 tpm

Wielophanging:
Rondom onafhankelijk, triangels met schroefveren en dempers
Schijfremmen voor (10,9”), trommelremmen achter (9 x 1,75”)

Afmetingen:
Lengte: 3,912 m
Breedte: 1,626 m
Hoogte: 1,219 m
Gewicht: 1016 kg

Prestaties:
Topsnelheid: 175 km/u
0-100 km/u: 9,3 seconden

Dit artikel is oorspronkelijk geschreven voor- en gepubliceerd in Klassiek & Techniek.


Geef een reactie